Ineens is dan het moment van zwangerschapverlof aangebroken en is er tijd om andere dingen te doen. Documentaires kijken op Netflix, bijvoorbeeld. Chasing Coral heeft me onlangs al positief verrast en aan het denken gezet, en de docu die ik vandaag wil bespreken heeft ook wel indruk gemaakt.

Sustainable is een documentaire over waar ons voedsel vandaan komt en hoe ons voedsel zo duurzaam mogelijk geproduceerd kan worden. We volgen verschillende groepen mensen:

  • wetenschappers die onderzoek doen naar de opbrengst van verschillende soorten landbouw (denk aan rotatie van verschillende soorten, biologisch vs niet-biologisch etc);
  • environmentalists die elk met een eigen focus pleiten voor duurzame voedselproductie;
  • chef-koks die laten zien op welke manier zij met diverse producten werken en uitleggen waarom zij deze manier van voedsel produceren belangrijk vinden;
  • tuinders en boeren, die in de praktijk laten zien hoe zij werken.

Deze personen wisselen elkaar continu af, en door die afwisseling blijft de docu boeien. Er wordt een poging gedaan om lijn te brengen in het verhaal door per seizoen te laten zien wat er op de boerderij gebeurt. Ik noem het een poging, want hoewel ieder onderwerp door associatie wel logisch volgt op het vorige, heb ik niet het gevoel gehad naar een heel samenhangend verhaal met begin-kern-einde te kijken. Dat is niet negatief, maar maakt het wel wat lastig om in meer detail te vertellen waar Sustainable over gaat. Uiteraard probeer ik dat wel 😉

De industriële revolutie in de landbouw heeft gezorgd voor grote veranderingen. Er kwamen minder boeren die grotere stukken land bewerkten en daar vaak maar 1 of 2 soorten gewassen teelden. In Amerika gaat dit vooral om mais en tarwe. In een heel sterk stuk van de film legt een wetenschapper uit hoe hij toentertijd achter dit systeem stond, uit de overtuiging dat hierdoor veel meer mensen gevoed zouden kunnen worden en minder mensen voedselschaarste of -onzekerheid zouden ervaren. Met de kennis van nu is duidelijk dat dit niet is gelukt en dat dit systeem op de lange termijn bovendien slechter is voor de aarde. Daarnaast legt deze wetenschapper uit welke impact de industriële revolutie heeft gehad op de boerengemeenschappen, waarbij kleine boeren hun werk en in sommige gevallen daarmee de zin van hun bestaan kwijtraakten.

Precies zo’n boerengemeenschap van kleine boeren met ‘homesteads’ volgen we lopende een seizoen. Deze mensen hebben heel bewust de keuze gemaakt om terug te gaan naar een systeem met veel meer wisselende gewassen in kleine hoeveelheden, waarmee ze zowel zichzelf weer van voedsel kunnen voorzien als de kwaliteit van de grond verbeteren als de chef-koks in de regio Chicago heel blij maken met mooie producten. Marty Travis, de boer die hiermee is gestart, is er in geslaagd zoveel anderen van zijn gemeenschap te inspireren. Hij laat zien hoe flexibel de kleine boer is en hoe belangrijk onderlinge relaties zijn. Met de anderen in de gemeenschap, maar juist ook met de chefs die weer spannende, smaakvolle gerechten of producten willen maken waarvan ze weten dat de ingrediënten duurzaam zijn geproduceerd. En met de wetenschappers, die in veel gevallen kunnen laten zien dat biologische landbouw met veel meer wisselteelt op de lange termijn absoluut niet minder opbrengt dan ‘conventionele’ landbouw en bovendien de aarde minder belast.

Wat is het prachtig om te zien met hoeveel passie al deze mensen werken. Van de kleinschalige biologische boerderijen tot de chef-koks tot de klimaatactivisten tot de wetenschappers. We zien hoe trots ze zijn op hun producten en resultaten. We zien hoe ze dag in dag uit aan het werk zijn en hoe het leven er voor hen uit ziet – met name op de boerderij die we een jaar lang volgen. Dit alles is prachtig in beeld gebracht en brengt ook een bepaalde rust en regelmaat met zich mee. De seizoenen herhalen zich immers jaar na jaar, wat een duidelijk ritme geeft aan het werk en het leven. Het klinkt heel rustgevend, hoe hard de boeren op sommige momenten ook moeten werken.

Als ik het zo teruglees, klinkt het toch een stuk samenhangender dan dat ik het tijdens het kijken heb ervaren! Twee sterke punten van de documentaire, naast wat ik al genoemd heb, wil ik toch nog even aanstippen. Zo wordt goed uitgelegd dat voor een duurzame voedselproductie niet enkel naar groente en fruit moet worden gekeken, maar juist ook naar granen. Dit is namelijk een veel groter deel van de landbouw! En met name bij granen zijn we heel erg naar een mono-cultuur gegaan. De film laat zien wat andere alternatieven zijn, en dat is tof! Daarnaast had ik er nooit bij stilgestaan hoe lastig het voor de grote landbouwbedrijven kan zijn om te veranderen. Door Marty en zijn zoon snap ik nu beter dat deze bedrijven feitelijk heel kwetsbaar zijn, juist door hun grootschaligheid. De kleine boerderijen zijn beduidend flexibeler, met de mooie resultaten die in deze docu in beeld worden gebracht. Neemt niet weg dat daar natuurlijk wel wat moet gebeuren!

Ook zelf kun je weer actie ondernemen met betrekking tot duurzame landbouw. En daarvoor hoef je echt niet zelf in de tuin te wroeten, tenzij je dat natuurlijk leuk vindt 😉 De actiepunten op de site zijn veelal gericht op de Verenigde Staten, maar zijn ook zeker te vertalen naar Nederland. De Slow Food beweging is namelijk ook in Nederland actief en heeft ook een aantal regionale afdelingen. En een heel mooi boek genaamd Liever Lokaal met 365 recepten gemaakt met lokale, seizoensgebonden producten (die heb ik, jeej). Voor de Eat Well Guide, waarmee je restaurants, boerenmarkten en andere zaken kunt vinden, bestaat voor zover ik weet geen overkoepelende of complete Nederlandse site, maar kun je via Google uiteraard een hoop vinden. Het gebruik van streekproducten is booming, dus restaurants geven dit meestal wel aan op hun site! Mocht iemand sites weten, geef het vooral aan.